Belangrijkste uitgangspunten voor het gemeentelijk tarievenbeleid zijn:

  • het toepassen van een jaarlijkse indexering voor loon- en prijsontwikkeling
  • het hanteren van kostendekkende tarieven.

Indexering
Zoals in de begroting 2017 vastgesteld, is voor de bepaling van de hoogte van de belastingen rekening gehouden met een gewogen loon- prijsindexering van 1%.

Kostendekkende tarieven
In de begroting 2017 is voor de verschillende tarieven aangegeven voor welk percentage deze kostendekkend zijn. Voor de rioolheffing en de bouwleges gold een 100% kostendekkendheid op begrotingsbasis. De grafleges en afvalstoffenheffing lagen op respectievelijk 82 en 91 procent kostendekkendheid. Voor de leges burgerzaken gelden door het Rijk vastgestelde maxima. Voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffing geldt dat afwijkingen bij de jaarrekening worden verrekend met de desbetreffende egalisatievoorziening.

Onroerende zaakbelastingen
De opbrengst OZB is voor 2017 nagenoeg gelijk aan de begrotingsraming. In de najaarsrapportage 2017 zijn de inkomsten OZB naar boven bijgesteld. Oorzaak was gelegen in de aantrekkende economie, een hogere werkelijke waardestijging dan vooraf ingeschat en een lichte stijging van het aantal woningen.  

Toerekening van overhead
Als gevolg van de nieuwe BBV moet de overhead op consistente wijze aan de tarieven worden toegerekend. Aalsmeer heeft als uitgangspunt toerekening van de overhead aan de tarieven op basis van de directe ambtelijke capaciteit. Dit is vastgelegd in de financiële verordening Aalsmeer 2017-I die op 20 april 2017 is vastgesteld. Concreet betekent dit, dat de totale overheadkosten worden uitgedrukt in een percentage van de totale directe ambtelijke capaciteitsinzet. Dit levert een overheadpercentage op dat in alle kostenopstellingen voor tariefberekeningen wordt gehanteerd. Het overheadpercentage wordt op begrotingsbasis berekend en bedraagt conform de begroting 79,4%.